De berichten en columns in dit archief zijn gemaakt vóór verpleegkundigen en dóór verpleegkundigen. Je vindt hier informatie over verplegen en m.n. verplegen in de psychiatrie. Maar ook gezondheid en gezondheidszorg komen aan bod en verder alles wat met het beroep van verpleegkundige te maken heeft. Lees verder over de archieven >>


zondag 21 maart 2004

Dating in de GGZ

We vinden het aantreffen van zoenende patiënten aanzienlijk lastiger dan een zelfmoordpoging of een vechtpartij. Wat is dat toch met ons in de GGZ? We kunnen overal tegen, maar patiënten die de liefde willen consumeren ….

Er is nogal wat onderzoek gedaan naar behoeften van psychiatrische patiënten. Eenzaamheid is het grootste zelfgerapporteerde probleem voor deze groep, eenzaamheid die ontstaat door te weinig betekenisvolle en gelijkwaardige contacten. We kunnen ons er als hulpverleners van alles bij voorstellen. Wíj trekken ’s avonds om 23 uur de deur van de instelling achter ons dicht en kruipen na een glaasje wijn en een gesprekje met onze geliefde samen in ons tweepersoonsbed. We laten de patiënten achter in een éénpersoonsbed, met vier op een zaal, en niemand die hen vast kan houden.
Patiënten blijken overigens meer seks te hebben dan we denken. Veelal stiekem in de bosjes; betaalde seks, onveilige seks, seks zonder intimiteit en warmte. Seks die de gevoelens van eenzaamheid niet opheft. Uit een ander onderzoek blijkt dat behoefte aan intimiteit en seksualiteit onder psychiatrische patiënten net zo hoog is als onder de rest van de Nederlandse bevolking. Wat dit betreft zijn we dus mensen onder elkaar.

Ouders lijken per definitie achter te lopen als het om de seksuele ontwikkeling van hun kinderen gaat. Tegen die tijd dat zij op het idee komen om bijvoorbeeld anticonceptie te bespreken, zijn hun kinderen allang seksueel actief. En als ouders daar achter komen is het huis vaak te klein of ze zitten zich bezorgd te verbijten. ‘Als het maar góed gaat…’. En het gaat natuurlijk niet goed. Hun kind loopt hartzeer op, wordt verlaten, gemanipuleerd, onvoldoende begrepen en onvoldoende bemind. Er gaat van alles mis in de jungle van de liefde, daar weet iedere ouder uit eigen ervaring over mee te praten want zo gaat het nu eenmaal in de liefde. Maar het kind laat zich niet tegenhouden.

Kan het zijn dat we als hulpverleners onze patiënten willen beschermen tegen hartzeer en gevaren? Dat we als een bezorgde maar wat dommige ouder denken dat verbieden het best is? Dat zou heel goed kunnen. Of gebruiken we onze bezorgdheid als smoes om er verder niets mee te hoeven want ja… het maakt onszelf zo verlegen. Als het over seks gaat dan lijkt het ook een beetje over jezelf te gaan, dat is zo ongemakkelijk. Stel een patiënt trekt zich op de afdeling terug met een partner en we moeten zijn of haar privacy respecteren… die patiënt neemt wel héél veel ruimte binnen ons territorium. Maar ís het wel óns territorium?

Er gloort hoop aan de horizon voor onze patiënten. Er is een dating-site geopend voor mensen met een psychiatrische achtergrond die behoefte hebben aan (partner)contact Vriendstap.nl. Na zeven weken hebben zich al 90(!) mensen ingeschreven. Veel mensen kunnen de weg dus op eigen kracht vinden maar er zullen ook mensen zijn die hulp nodig hebben. Laten we als hulpverleners nu eens massaal over de drempel heenstappen en onze patiënten over deze mogelijkheid informeren en hen erbij helpen als computergebruik lastig voor hen is.
Voor veel patiënten zal dit een geschikte manier zijn om contact te leggen omdat het in eerste instantie veiliger is om te mailen dan om zomaar iemand aan te spreken. Misschien werkt het voor de hulpverlener ook wel zo. Dan hoeven we het niet te hebben over behoeftes aan intimiteit en seksualiteit maar we helpen een patiënt gewoon met het computergebruik. Zouden we dat aankunnen?


<< naar Verpleegkunde & Psychiatrie